Onderwijl belandde GOOR-TIE, op de praatstoel, aan de stamtafel in het cafe. Zoveel te praten leek er niet daar de stamtafel nadrukkelijk leeg bleef. Het enige actieve wapenfeit op de tafel waren drie biertjes zonder schuimkraag en een snel afkoelende
schaal voorzien van een bitterbal-garnituur. De sfeer was ijselijk stil en werd bijgestaan door zijn ijs-koude voeten. Op een nochalante manier vond hij de ogen van Oude Truus en gesteund door deze blik bestelde hij wat te drinken. "Tie please to please you". Terwijl hij de ontvangen thee aan zijn mond zette verscheen in de deur opening wederom een duistere verschijning. De man "von drausen voor der tür " had zijn intrede gedaan. Hij tuurde wat vaag rond totdat GOOR-TIE zijn mond opende met de gedenkwaardige woorden "kan ik mischien helpen?". Het ijs leek gebroken en de man stelde zich voor als-zijnde RIK-TATORT, crimineel-specialist van de afdeling "veldwachters bij nacht-en-ontij". Hij had, via geheim-doch-zinnige bronnen, vernomen dat er enige problemen gerezen waren in het cafe "de zwaaiende lantaarn". De telefoon had de hele avond rood-gloeiend gestaan waardoor er voor Oude-Truus geen mogelijkheid overbleef om, telefoon-technisch te kunnen beppen met
Rienekke de Plooi. "Das toch vreselijk , dat kan niet en daar moet wat aan gebeuren". "Wat kan dit te betekenen hebben in het altijd zo rustieke cafe aan de haven ?" Hij had besloten om eens even polshoogte te gaan nemen en het pand pas te verlaten als hij het "onderste uit de kan boven zou hebben".
Goor-tie had een half uur daarvoor, als eindredacteur van het roddelblad Magie-klear, een tip-telefoontje gehad dat er wat stond te gebeuren in het cafe "de zwaaiende lantaarn".Hij stond natuurlijk altijd open voor het "neusje van de zalm die een tipje van de sluier op lichtte" dus had hij ras zijn stoute schoenen aangedaan om eens even polshoogte te nemen.
Net toen hij wat meer inside-informatie wou gaan bemachtigen via Rik-tatort werd zijn blik gevangen door menselijke acties rond het toilet-ameubelement van het cafe. In verstijfde hurkhouding werd een man naar binnen gedragen en met een plof op de stoel naast Goor-tie aan de stamtafel geplaatst. De rest van de toilet-tillers nam snel zijn plaats in en "als donderslag bij heldere hemel" was de stamtafel gevuld met leven. De openings-zet was voor de "hurk-harrie" die Goortie aansprak met de woorden "Zeg wil je wel, met je gore-goortie-poten, van ons bitterbal-ganizoen afblijven ; kom laat ons wat drinken, drinkebroeders, das al veel te lang geleden".
Rik-tatort wou er als de kippen bij zijn, om zijn "ondervragings-seance" te openen.
Doch voor hij de voorzet in kon zetten , kopte ARIE deze sierlijk in met de woorden :
"He, en wat moet jij hier aan onze stam-tafel !".
Het ijs leek gebroken en een boeiende conversatie werd ingezet. Binnen enkele minuten was alles duidelijk en konden "de drinkebroeders" het eens stevig op een
zuipen zetten. De rijen werden gesloten en een gezamelijke toekomst leek in het verschiet-vizier te komen. Eindelijk was de sfeer teruggekeerd in "cafe de zwaaiende lantaarn" en Oude Truus zag dat het goed was.
maandag, december 26, 2005
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten