woensdag, april 19, 2006

DE AANHEF VAN DE PROMOTIE-TOUR 26

Terwijl de haan al drie keer gekraaid had snurkte boerbord in een rustiek gestaag tempo genadeloos een stuk in de dag. In het verdomhoekje zaagde SIMON uit volle borst mee en had reeds genoeg hout weggezaagd voor een gezellig openhaard-avondje.
"Wat bleef dat toch elke keer weer een genot om naar hem te luisteren als je niet kon slapen". Maar goed, het was maar goed dat ERICK T.V. de nieuwjaarsbelofte genadeloos in zijn ijdele hoofd geprent had, anders waren de afgesproken goede voornemens al reeds op deze eerste de beste dag in het honderd gelopen.

"he, zaag-harrie, aanschouw het nieuwe levens-licht, er is werk aan de winkel". "hijs oe in de kleren en fort met de geit, het appel voor de bedden is een uur geleden reeds uitgesproken, kom laat ons de knorrende magen eben lekker verwennen en dan vort "an die arbeit mit die tollen harries".

Alleen al de gedachte aan de harries gaf BOERBORD zo een vieze smaak in de mond dat hij zich, binnen de kortste keren, gewonnen gaf en zijn genoegelijke slaap-houding vaarwel zwaaide. Het ontbijt was zeer karig en zeker niet om over naar huis te schrijven, daar de kippen nadrukkelijk van de leg bleken. Wilbert, die overigens in geen velden of wegen te zien was, had hier zeker een foute vinger in de pap gehad. Met meer dan naarstige spoed werd in het verlengde hiervan een aanbevelings-brief opsteld voor DE JAGERMEISTER. Zo verscheen er op het papier een beschrijving van het voorval en de nadrukkelijke vraag of DE JAGERMEISTER, wilbert op wilde sporen waarna hij dit malse geval even stevig aan de tand diende te voelen totdat niets dan de waarheid boven water zou komen drijven. Na het volbrengen van deze edele taak zetten de twee vrienden zich, met hun hoge macho-geschiedenis in de rugzak, in de benen in richtung de plaats-delict waar de acties plaats dienden te vinden.

Om en nabij "de zwaaiende lantaarn" waren De HARRIES onderwijl ongewoon druk in de weer toen ons selecte gezelschap der manschappen arriveerde. ARIE had ze des 's morgens in den vroegte op het hart gedrukt dat het promotie-materiaal in een verre staat van perfectie op de werkvloer aanwezig diende te zijn. Zo waren ze daarom ,op veler verzoek, bezig gegaan met het aanbrengen van de nodige sluikreclame die nodig was voor de overlevings-drang van het leuke ameublement aan de haven.

Zowaar de nieuwe sponsor van het ameublement was al druk in de weer en pompte naar hartelust verkoelend-frisse hoeveelheden bier naar binnen. INEKE DE BRUI van de gelijknamige firma "bierbrouwerijk INEKE" stond haar mannetje en keek met meer dan natuurlijke interesse naar de intreding van onze twee macho's van weeleer. "Ja, daar zou zij best wel eens een droog bis-kwietje mee willen verorberen". Als wederdienst inspecteerde ons olijke tweetal ONS INEKE op meer dan nonchalante wijze, van top tot teen waarna zij tot de slot-conclusie kwamen dat het wel goed zat. "das leuk he" zei BOERBORD. "wat is er dan leuk" vervolgde ERICK T.V. "Nou kijk, daar aan de muur". De blikken van de mannen richten zich in de hoogte alwaar een alleraardigst sereen doch rustiek plaatje herrezen was op de zijmuur van "de zwaaiende lantaarn".

Met een meer dan gelukkige blik aanschouwde ons tweetal het eindresultaat waarna zij zich "en blok" op de knieen schreiden alwaar zij alras bijgestaan werden door een stortvloed van emotioneel-gemeende tranen. Tussen de tranen door verkondigde BOERBORD vanuit het puntje van zijn tenen " worden we dan toch NOG eens beroemd ?". ERICK T.V. vervolgde met een welgemeend-gemeen schouderklopje die zijn woorden visueel ondersteunden. " ach man, stel je toch niet zo aan, diep in ons hart zijn we toch al wereld-beroemd". De toon was weer eens gezet en goedslachs deden zij hun intrede in het oergezellige cafe-ameubelement aan de haven, alwaar zij zich, gesterkt door de uitlatingen op de zijmuur, klaar maakten voor de geplande-vervolgacties.

donderdag, april 13, 2006

HET A-HAAAH-ERLEBNIS 25

Tijdens het "oer-gezellige" nieuwjaars-ontbijt bleken de gemoeds-toestanden van de vrienden duidelijk niet op een lijn. De kleine irritaties cre-eerden een gevoel van
"zo kan het echt niet langer" en ANTON besloot dat hier wat mee gedaan diende te worden. Hij nodigde een ieder uit om, rond de klok van 12 in de hard-gelach-kamer, zijn steentje bij te dragen aan het smeden van gezamelijke toekomst-plannen.

Op klokslag 12 uur druppelde het gepeupel dan ook het vertrek binnen alwaar een tijdloze-serene sfeer hing.

ANTON had zich opgeworpen als "kleine-boeddha" en bijgestaan door de voort-varende-voorvader van LIGNATZ die de muur sierde, hervonden de man-schappen hun jing-en-jank(en) erlebnis. ANTON opende zijn conclaaf terwijl STRECHER-WILLEM vanaf het schilderij de mannen stichtelijk aan bleef staren, bijgestaan door de overbekende fanatieke blik die LIGNATZ luid-en-duidelijk van hem over-ge-orven had.
Als laatste droop GOORTIE de hard-gelach-kamer binnen met een kater van hier tot tokio. "Wat jammer, dat het allerlaatste biertje toch verkeerd gevallen was". Onderwijl had ANTON de vibes gekregen en geraakte langzaam maar zeker los van god.
Langzaam in hogere sferen gerakend vloeiden de woorden uit zijn mond "Ik voel een groot straalvormig-licht dat zijn schijnsel zal doen nederdalen en ons zal verlichten en de weg zal leiden in de richting van ons toekomst-a-ha-"take-on-me"-erlebnis". ERICK.T.V. was er duidelijk met de kop nog niet bij en vervolgde "dat zal best maar het enige licht dat ik zie komt toch echt van dat oerlelijke-aftandse schemerlampje daar in de hoek".

De kleine irritaties werden boven tafel getoverd en een ieder sprak zich uit.
"god-v-d ( geef-ons-dan vier deuren)" sprak RIJKLOF waarop BOERBORD attack-keerde met "ach man je bent zelf een....oetlul". Hier sprong RICKTATORT weer handig op in, door heer B te omschrijven als een, over het paard getilde egocentrist. "Dat kun jij nu wel zeggen BULTEN-BABY maar jij bent zelf een gefrustreerde betweter" vervolgde LIGNATZ die daarop weer de wind van voren kreeg van GOORTIE die hem, met de woorden "Ach jij moet je mond houden, je bent zelf een kale neet", poogde neer te sabelen. Onderwijl deelde SIMON een rake linkse uit die ANTON vloerde en weer met beide benen op de grond deed belanden. "En jij moet helemaal je muil houden, jij eigenzinnige zogenaamde grondlegger" sprak SIMON. ANTON bezichtigde de sterretjes in zijn dakpan en genoot van het irritatie-uitspreek-spel. "Ach ERICK-T.V. ze hadden jou al lang geroyeerd moeten hebben want jij kotst veel te weinig" vervolgde hij waarna ons ERICK, vriend ARIE de volle laag gaf met de gedenkwaardige woorden "wat ben jij toch een irritant mannetje, je hebt helemaal geen geweten". ARIE hield wijselijk zijn mond en vanuit zijn naakt-tuurlijke hurkhouding streelde hij SIMON met een rechter-upper-kut vol in het kruis. "Zo, dat is dan weer rechtgetrokken". Als vervolg-actie koos SIMON ervoor om GOORTIE uit te maken voor alles wat god verboden had hetgeen heer G prima vond, en wat hem betreft de pret niet mocht drukken. Als slotaccoord besloot hij de JAGERMEISTER onder vuur te nemen met de woorden "en jij, jij stelt helemaal niks voor, ga toch buiten in je bos wonen".

De woorden leken in te slaan als een bom want de JAGERMEISTER verliet zonder woorden de hard-gelach-kamer, de vrienden met hun gewetens-loze-gedachten achterlatend. Een stilte overviel de mannen en een ietsie pietsie-schuldgevoel vulde een ieders hoofd maar in een mum van tijd keerde de JAGERMEISTER, bijgestaan door een twinkelende oog-opslag, terug in het vertrek met in zijn kielzog een heuse ijzeren-helm-bokaal.
Onder begeleiding van gepaste trom nam hij een natuurlijk-hurk-houding aan.

Een straal daalde neder in de helm en verlichtte het lichaam van de JAGERMEISTER die als slotaccoord, met een tevreden gevoel, de bokaal in de handen nam.
"Laat ons drinken van dit goddelijk-sap zodat ons groepsgevoel terug kan keren".
De helm ging van hand op hand en van mond tot mond totdat deze als laatste bij RIKTATORT aanbelandde. Prins-heerlijk verorberde hij het laatste restje van deze tegen-lichtgevende substantie waarna de helm afgevoerd werd naar zijn rustplaats.
Zo waren de handen weer in onschuld gewassen en als toverslag bij heldere hemel verscheen een vrij-zinnige-geest in ieders hersenlijke-binnenkamer alwaar een straalvormig licht zijn blijvende intrede gedaan had.

Het moest maar eens afgelopen zijn met dat helpen van vrienden en het accent diende verplaatst te worden naar ander hulp-behoevende mensenmassa's die node ondersteuning dienden te ontvangen.

maandag, april 10, 2006

HET NIEUWE RONDEN NIEUWE KANSEN FENOMEEN 24

Zo brak dan ook de eerste nieuwe-jaars-dag aan. SIMON droomde over een prachtig wit-donzen-zacht dekentje dat hem beschermde tegen boze-koude invloeden van buitenaf. Hij pakte het witte-donzen-dekentje vast maar kwam direct van de koude kermis thuis want toen hij zijn open-ogen eens goed de kost gaf bleek zijn droom niet op waarheid gebaseerd.

Hij vond zichzelf terug op het buiten-verblijf-straf-slaapbankje die in zijn slaap voorzien was van een heus sneeuw-dekentje. Zijn humeur kreeg een stevige deuk die weer versterkt werd door de ranzige slaap-geur die zijn mede-kompaan de JAGERMEISTER
uitkraamde. Hij voelde zich niet echt happy maar was niet in staat om dit volmondig uit te spreken daar zijn stembanden voorzien waren van een ijselijk stil-laagje. Dit was me toch een potje on-menselijk en had duidelijk niks meer, maar minder te maken met wat voor goede nieuw-jaars voornemens dan ook. Hij ondernam in zijn verstijfde houding de gevoelsmatig lange weg naar de achterdeur van de villa maar jammerlijk bleek deze nogthans op slot. Zijn gemoed was totaal verscheurd en vanuit het binnenste van het puntje van zijn oer-gevoel zette hij het op een potje bere-brullen dat zijn weerga niet kende. Het resultaat was verbluffend, met als eindresultaat dat het huis muis-stil bleef en dat alleen vanachter hem, vraagbaak de JAGERMEISTER zich nadrukkelijk afvroeg waar hij in gods-naam mee bezig was. Het gemoed van SIMON bereikte langzaam doch zeker zijn kookpunt "hij zou hoe dan ook binnen afzienbare tijd de binnenherberg bereiken alwaar een ja-koesie-warm-bad op hem zou wachten". Het actieplan verscheen hem helder voor de geest en bijgestaan door de gedenkwaardige woorden "he, JAGERMEISTER geef mij eens een zetje" bereikte hij via de regenpijp een openstaand raam waardoor hij naar binnenglipte.

Binnengeslopen bleek de kust veilig en hoefde hij alleen nog maar door de gang om het
welverdiende-warme-bad te bereiken. Zachtjes trippelde hij door de gang en opende de badkamerdeur alwaar een alleraardigst ritueel zijn toekomst-visioen in duigen liet vallen.

RIKTATORT was in gevecht met zichzelf en zijn nieuw-verworven-katertje. Hij diende nog 3 kilometer af te leggen alvorens de kater de pijp aan maarten zou geven. Hij keek strak en ge-kont-centreerd uit zijn ogen en gaf duidelijk geen ruimte, om SIMON ook maar een piepklein onderhandelings-positietje te verschaffen. SIMON droop af en besloot dat het maar eens tijd was om anderen te gaan HELPEN.

Hij ving aan met het smeden van plannen en telkens weer kwam dezelfde naam bovendrijven..ARIE CONTRA..ARIE JUNGH.."gij zult nooit en te nimmer meer enig daglicht verdragen kunnen". Hij trok zijn stoute schoenen aan en vervoegde zich richting de kamer van ARIE. Deze was in geen velden of wegen te zien daar hij nog in een diepe slaap verwikkeld was. Zachtjes ondernam SIMON zijn voorgenomen handelingen waarna hij vol trots het eind-resultaat aanschouwde.

Met een overtuigende daadkracht had hij ARIE vakkundig met zijn bouw-vakkers-handen,
achter het behang geplakt. Zijn dag kon niet meer stuk en het leed van de afgelopen nacht was als sneeuw voor de zon verdwenen. In diepe overpeinzing stortten zijn gedachten zich op nieuwe-potent-tionele broeders die hij vanuit nood zou kunnen helpen. Hij kwam tot de slot-conclusie dat iedereen open diende te staan voor zijn gouden-hulp-handen en zo keerde een verdienstelijke toekomst weder in zijn verwarde-gemoeds-toestand.

dinsdag, april 04, 2006

DE DRIE(T)-EN-(T)WINDERIGE TRAUMA-STORY -DEUR 3 23

Binnen bleek niet iedereen erg ge-interesseerd in slapen. RIKTATORT voelde dat, zowel binnen als buiten, een aantal kleine irritaties weelderig rondtierden. Zo werd het plan opgevat om toch nog maar even de authentieke vredespijp van stal te halen en verdienstelijk op te steken waardoor de irritaties misschien als sneeuw voor de zon zouden verdwijnen. De pijp werd te voorschijn getoverd en stichtelijk door RIJKLOF ontstoken.

RIKTATORT bekeek RIJKLOF eens goed waarna hij verkondige "he joh, wat ben jij dik zeg, laat ons hopen dat jij daar, met je goede voornemens, wat aan gaat doen". RIJKLOF dacht daar het zijne van maar wist (en waarachtig) dat ook hier het laatste woord nog niet over uitgesproken was. De alpen-hoorn-vredes-pijp ging van hand op hand en met bosjes tegelijk werden de mannen vervuld van een totale slapte. De bloemengeuren tierden weelderig rond en met gans-ver-eende krachten werden, een beetje moe maar voldaan, de slaapplaatsen bemand. In een mum van tijd keerde de stilte weder, ritmisch afgewisseld met het betere-snurk-en-zaag-geschal dat SIMON en de JAGERMEISTER in hun buitenverblijf uitkraamden.

Ergens in de stilte beukte ARIE, ANTON zachtjes wakker met de woorden " he joh, we zijn vergeten om de prijzen uit te delen". Bijgestaan door een jollige grimas inclusief een slappe-ingehouden-lach zochten zijn hun weg tussen de man-schappen door. De overwinnings-atributen werden gevonden en uitgereikt aan de meer dan terechte overwinnaar. De geboren winnaar had hier echter geen kaas van gegeten en knorde rustig door in zijn droom-erlebnis dat het daglicht niet kon luchten.

Met een tevreden gevoel vonden de ARMAR-collectanten ook hun slaapplaats terug en bijgestaan door de woorden "we gaan het dit jaar eens heel anders doen" zetten zij hun toekomst-dromen in gang.